Het Twentsche woord voor gaan is goan, het is een Nedersaksischeschrijfwijze. Een Goa-stok is een oude Twentsche wandelstok, dus een stok om te gaan. Je kunt de Twentsche stok herkennen aan de gekrulde vorm. De gedraaide vorm aan de stok wordt gevormd door de kamperfoelie en de jonge ranken die houvast nodig hebben aan de plant. De jonge ranken groeien met de zon mee en omdat ze samen groeien, knellen ze elkaar af.
De stokken zijn leverbaar met lak of was en met of zonder knop.